Binnen enkele minuten stond Clara buiten de poort van het landhuis, haar kleine koffer stevig vastgeklemd. De pijn van vernedering was diep. Het personeel stond zwijgend toe te kijken toen ze naar buiten werd geleid, hun gedempte gefluister als een schaduw achter haar aan.
Die avond verspreidden de roddels zich al door de buurt. Het verhaal sloeg snel aan – en was bruut: het dienstmeisje had gestolen van de miljardair. Voor Clara was het een nachtmerrie. Ze had geen bewijs van haar onschuld, niemand die voor haar opkwam.
Wat Clara zich echter niet realiseerde, was dat Richards landgoed niet alleen werd beschermd door hekken en geavanceerde beveiligingssystemen. Er waren overal in het landhuis discrete camera’s verborgen – apparaten waarvan zelfs Richard vaak vergat dat ze er waren. En één daarvan, een klein lensje achter een boek in de bibliotheek, had alles vastgelegd.
De volgende dag begon Richards privébeveiligingsmanager, Ethan Morales, de camerabeelden te bekijken. Richard had erom gevraagd – niet om Clara’s naam te zuiveren, maar om zijn vermoeden te bevestigen. Ethan, een voormalig politieagent, was nauwgezet in zijn werk.
Toen hij de opnames doornam, viel hem iets op. De beelden toonden Clara die de studeerkamer binnenkwam, afstofte en vertrok zonder ook maar een blik op de lade te werpen. Een paar uur later sloop er nog iemand de kamer binnen. Dat was Daniel Whitmore, Richards 22-jarige zoon. De jongeman bewoog zich snel, keek over zijn schouder voordat hij de lade opende. Hij stak het geld in zijn zak en liep grijnzend naar buiten.
Ethan leunde geschokt achterover in zijn stoel. Hij kende Daniels reputatie: roekeloze uitgaven, gokschulden en verloren nachten in de underground clubs van Manhattan. Maar dit was anders. De jongeman had zijn vader Clara’s leven laten verwoesten om zijn eigen sporen uit te wissen.
Oudercursussen