Haar naam was Emily . Ze had geen familie, geen huis. Ze was van opvangcentrum naar opvangcentrum gereisd en probeerde te overleven hoe ze maar kon.
Een roekeloze vraag
Er roerde iets in me. Zonder na te denken zei ik woorden die ik niet had gepland, woorden die zelfs mij deden schrikken:
» Als je wilt, trouw dan met me. Ik ben niet rijk, maar ik kan je wel eten en een dak boven je hoofd geven. »
Emily’s ogen werden groot. Mensen in de buurt staarden me aan, sommigen schudden hun hoofd alsof ik helemaal gek was geworden.
Maar een paar dagen later knikte ze zachtjes. En zo nam ik haar mee naar huis – onder de verbijsterde blikken van de halve buurt.
Een bruiloft in een klein stadje
Onze bruiloft was zo simpel als het maar kan. Een paar goede vrienden, een dominee in het kleine witte kerkje verderop, en een potluck-diner in de gemeenschapszaal.
Buren spotten:
« Hij is met een vrouw van de straat getrouwd? Dat zal nooit lang duren. »
Maar dat kon me niet schelen. Wat telde, was de rust die ik in mijn hart voelde.
Het leven daarna was niet makkelijk. Emily kon niet veel koken en had nooit boerderijklusjes gedaan. Maar ze probeerde het. Ze leerde. Langzaam vulde het huis, dat ooit zo stil was geweest, zich met gelach, de geur van vers brood en de muziek die uit de radio klonk.