Op dat moment kreeg Krzysztof een telefoontje. Hij verontschuldigde zich en ging naar buiten, haar alleen achterlatend aan de tafel. Suzanne keek weer naar de hanger. Ze raakte het aan met haar vingers, drukte het tegen haar hart en sloot haar ogen.
Voor het eerst in jaren voelde ze zich niet leeg.
De volgende dag ontmoetten ze elkaar op de oude brug, waar de wind Suzanne ‘ s haar zachtjes over de rivier blies. Christopher leunde tegen de reling, keek haar aan met een lichte glimlach die iets dieper verborg-misschien angst, misschien hoop.
“Gaat het?”Wat is het?”vroeg ze, kwam langs.
– bevestigend… Ik denk maar na. Over wat er gebeurd is en wat er zou kunnen gebeuren.
Ze werden stil en luisterden naar het geluid van het water onder hun voeten. De brug was oud maar stevig, alsof hij alle gesprekken uit het hoofd had geleerd die hier al tientallen jaren waren gehouden. Suzanne vond dat deze plek, hoewel gewoon, plotseling zinvol was.
“Ik weet dat je een verleden hebt dat je liever achter je laat”, zei Christopher. “Maar Ik wil niet dat je haar vergeet.”Ze heeft je gevormd. En ze heeft je sterk gemaakt.
“En jij?”Ze keek in zijn ogen. – Je hebt ook je eigen verhaal. En veel pijn.