Dus vertrok ik. Niet met woede, maar met een doel. Alles wat ik meenam was van mij – controleer de rekeningen als je bewijs nodig hebt. Misschien ontbreekt er nog iets: de presentatiebestanden waar je met Sophie aan hebt gewerkt. Je zult snel genoeg zien waarom.
— Claire
Hij las het opnieuw. En opnieuw.
Mark schoot overeind en rende naar zijn kantoor. De laptop was weg. De la waar hij de externe schijf bewaarde — leeg.
“Jezus Christus…” mompelde hij, terwijl hij zijn haar vastgreep.
Die bestanden maakten deel uit van een deal die zijn bedrijf aan een grote klant probeerde te presenteren. Weken werk, duizenden dollars waard. Als hij ze niet in handen had, zou het bedrijf weten dat hij vertrouwelijke gegevens had gedupliceerd – iets waar Claire hem voor had gewaarschuwd toen ze nog de boekhouding voor zijn team deed.
Hij zakte op de grond.
Buiten rees de zon hoger. Buren jogden voorbij, sproeiers sisten, de wereld draaide door – zich niet bewust van het feit dat Marks zorgvuldig opgebouwde leven net begon af te brokkelen.
Hij probeerde me te bellen. Direct naar de voicemail.
Tegen de middag was hij op kantoor, in paniek. Sophie was er al, typend alsof er niets aan de hand was. Toen hij haar apart nam, veranderde haar uitdrukking van verwarring in angst.
« Claire heeft een e-mail gestuurd, » fluisterde ze. « Aan HR. Aan iedereen. »
Op dat moment verdween alle kleur uit Marks gezicht
De e-mail ging al voor de lunch viraal binnen het bedrijf. Claire had screenshots bijgevoegd – zijn privéchats met Sophie, de nachtelijke berichten die de grens tussen werk en affaire deden vervagen. Maar dat was nog niet het ergste.
Ze had ook financiële logs bijgevoegd waaruit bleek dat hij bedrijfsgegevens naar een persoonlijke schijf had overgezet. Een overtreding die groot genoeg was om zijn carrière te ruïneren.