Stap voor stap voorbereiding
1. Kook de aardappelen.
Begin met schillen en in middelgrote stukken snijden. Kook ze in gezouten water tot ze gaar zijn, maar niet uit elkaar vallen. Giet ze af en zet apart.
2. Kruid de kip.
Was de dijen en droog ze goed af met keukenpapier. Breng royaal op smaak met zout, peper, knoflookpoeder, paprikapoeder of een andere kruidenmix naar keuze.
3. Fruit de knoflook en ui.
Smelt een beetje boter met een scheutje olijfolie in een grote koekenpan. Voeg de 3 fijngehakte teentjes knoflook en de in julienne gesneden ui toe. Bak tot ze goudbruin en geurig zijn.
4. Bak de kippendijen.
Voeg ze toe aan de pan en laat ze aan alle kanten bruin worden. Zo blijven de sappen behouden en ontstaat er een knapperig korstje.
5. Roer de zelfgemaakte saus erdoor
. Zodra de kip goudbruin is, giet je de zelfgemaakte saus erbij. Dek de kip goed af zodat de smaak goed intrekt. Zet het vuur lager en laat 20 tot 25 minuten afgedekt sudderen.
6. Voeg de gekookte aardappelen toe.
Voeg ze de laatste 5 minuten van de kooktijd toe aan de pan. Schep ze voorzichtig om, zodat ze goed bedekt zijn met de saus zonder ze te pletten.
