Verwarm de oven voor
Verwarm eerst je oven voor op 180 °C (350 °F). Het voorverwarmen van de oven is cruciaal om ervoor te zorgen dat de flan gelijkmatig bakt.
Bereid de taartvorm
voor Neem een taartvorm van 23 cm en spray deze licht in met antiaanbakspray. Dit voorkomt dat de taart aan de vorm blijft plakken en maakt het gemakkelijker om hem eruit te halen.
Rol het bladerdeeg uit
Leg het bevroren, ongebakken bladerdeeg in de vorm. Zorg ervoor dat je het stevig tegen de zijkanten van de vorm drukt zodat het goed past. Je kunt ook met een vork lichtjes in de bodem van het deeg prikken; dit voorkomt dat er luchtbellen ontstaan tijdens het bakken.
Bereid het flanmengsel voor Klop
in een grote kom de suiker, eieren, nootmuskaat en vanille door elkaar. Meng tot een glad mengsel. Dit mengsel is de basis van je flan, dus het is belangrijk om goed te kloppen om voldoende lucht toe te voegen en de flan een luchtige textuur te geven.
Voeg de melk toe
Voeg vervolgens de melk toe aan het eimengsel en klop tot een glad mengsel. Voeg de melk geleidelijk toe terwijl je klopt om klontjes te voorkomen. Giet het mengsel voorzichtig in het
bladerdeeg
in de bakvorm. Zorg ervoor dat je het deeg niet te vol doet om overlopen tijdens het bakken te voorkomen.
Voeg een snufje nootmuskaat toe.
Bestrooi de bovenkant van de flan lichtjes met een snufje nootmuskaat. Dit geeft een extra aroma en versterkt de smaak van de taart.
Bak de taart.
Plaats de taart in de voorverwarmde oven en bak ongeveer 45 minuten. De taart is klaar als de flan gestold is, maar in het midden nog een beetje wiebelig is. Om te controleren of de flan gaar is, steek je voorzichtig een mes in het midden van de taart: het mes moet er schoon uitkomen.
