« Je bent hier nu veilig, » zei Olivia zachtjes, terwijl ze een haar van zijn voorhoofd streek. « Kun je me je naam vertellen? »
“Theo… en dit is Amelie,” zei hij, terwijl hij de baby dichter tegen zijn borst drukte.
Binnen enkele minuten arriveerden dokter Samuel Hart, de behandelend kinderarts en een bewaker. Theo deinsde terug bij elke plotselinge beweging en beschermde Amelie instinctief.
« Neem haar alsjeblieft niet mee, » smeekte hij. « Ze huilt als ik er niet ben. »
Dokter Hart hurkte neer en sprak kalm. « Niemand neemt haar mee. Maar ik moet weten, Theo, wat er is gebeurd? »
Theo keek nerveus naar de deur voordat hij sprak. « Het is mijn stiefvader. Hij… hij slaat me als mama slaapt. Vanavond werd hij boos omdat Amélie niet ophield met huilen. Hij zei… hij zei dat hij haar voor altijd stil zou maken. Ik moest weg. »
De woorden kwamen als een klap aan bij Olivia. Dokter Hart wisselde een ernstige blik uit met de beveiliger voordat hij de maatschappelijk werker riep en de politie waarschuwde.