ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT
ADVERTISEMENT

De toename van voedselallergieën: zijn we allergisch voor voedsel of voor moderne aanpassingen?

Wat zijn GGO’s?

Genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s) zijn planten, dieren of micro-organismen waarvan het genetische materiaal in een laboratorium is gewijzigd met behulp van genetische modificatietechnieken. Het doel van deze aanpassing is vaak om bepaalde gewenste eigenschappen te verbeteren, zoals een grotere resistentie tegen plagen, tolerantie voor herbiciden of een verbeterde voedingswaarde. Hoewel GGO’s veel worden gebruikt in de landbouw, zijn ze onderwerp van controverse geworden vanwege zorgen over de langetermijneffecten ervan op de gezondheid en het milieu.

De meest voorkomende GMO-gewassen in de Verenigde Staten zijn:

Maïs: Genetisch gemodificeerd zodat het resistent is tegen plagen en herbiciden.
Sojabonen: gemodificeerd voor resistentie tegen herbiciden.
Koolzaad: gemodificeerd om oliën te produceren met verbeterde voedingsprofielen.
Katoen: Speciaal ontwikkeld voor resistentie tegen ongedierte.
Suikerbiet: aangepast voor resistentie tegen herbiciden.

Deze gewassen of derivaten daarvan zijn te vinden in talloze bewerkte voedingsmiddelen, van ontbijtgranen tot repen en zelfs babyvoeding. Sinds de introductie van GGO’s in de voedselvoorziening halverwege de jaren negentig zijn er zorgen ontstaan ​​over een mogelijk verband met voedselallergieën.

Het verband tussen ggo’s en voedselallergieën

Een van de belangrijkste vragen rondom GGO’s is of de genetische veranderingen in gewassen bijdragen aan de toename van voedselallergieën. Er zijn zorgen omdat genetische modificatie vreemde eiwitten aan gewassen toevoegt die mogelijk allergische reacties kunnen veroorzaken.

Hoewel er geen duidelijk wetenschappelijk bewijs is dat de consumptie van GGO’s gepaard gaat met een toename van voedselallergieën, hebben sommige onderzoeken wel argwaan gewekt. Bijvoorbeeld:

Bt-maïs, een genetisch gemodificeerde maïssoort die zijn eigen pesticide (Bacillus thuringiensis, of Bt) produceert, heeft in sommige dierstudies reacties van het immuunsysteem veroorzaakt, wat leidt tot de vraag of de soortzelfde reacties ook bij mensen kan veroorzaken.
Genetisch gemodificeerde soja die in de jaren negentig werd ontwikkeld en die eiwitten uit paranoten bevatte, bleek allergische reacties te veroorzaken bij mensen met een paranotenallergie. Het project werd uiteindelijk stopgezet vanwege deze bevindingen, maar het leidde wel tot zorgen over de mogelijke allergene werking van genetisch gemodificeerde gewassen.

Toezichthoudende instanties zoals de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) en de Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) voeren allergene beoordelingen uit van nieuwe GGO’s voordat ze deze goedkeuren. Critici zeggen echter dat de langetermijneffecten van de consumptie van GGO’s nog grotendeels onbekend zijn.

Bewerkte voedingsmiddelen en verborgen allergenen

Naast GGO’s worden er bij de industriële voedselverwerking ook veel nieuwe chemicaliën, conserveringsmiddelen en additieven geïntroduceerd die kunnen bijdragen aan de toename van voedselallergieën. Sterk bewerkte voedingsmiddelen bevatten vaak:

Kunstmatige conserveermiddelen: Chemicaliën zoals natriumbenzoaat, nitraten en sulfieten worden gebruikt om de houdbaarheid van producten te verlengen. Sommige van deze toevoegingen worden echter in verband gebracht met allergische reacties of intoleranties.
Kleurstoffen en kleurstoffen voor levensmiddelen: Sommige kunstmatige kleurstoffen, zoals tartrazine (geel nr. 5), worden in verband gebracht met allergische reacties en gevoeligheden, vooral bij kinderen.
Gehydrogeneerde oliën en transvetten: Deze worden in veel bewerkte voedingsmiddelen gebruikt om de textuur en houdbaarheid te verbeteren. Hoewel ze niet direct verband houden met voedselallergieën, worden ze wel in verband gebracht met ontstekingen en andere gezondheidsproblemen die allergische aandoeningen kunnen verergeren.
Emulgatoren en verdikkingsmiddelen: Ingrediënten zoals carrageen, lecithine en guargom worden vaak toegevoegd aan bewerkte voedingsmiddelen om de textuur of consistentie te verbeteren. Sommige van deze toevoegingen kunnen de darmen irriteren of bijdragen aan ontstekingsreacties, wat kan bijdragen aan voedselgevoeligheden of allergieën.

Bewerkte voedingsmiddelen bevatten vaak ook sporen van allergenen als gevolg van kruisbesmetting tijdens de productie. Zo kunnen granen met het label ‘notenvrij’ nog steeds sporen van pinda’s bevatten, omdat de verwerkingsapparatuur vaak met elkaar wordt gedeeld. Daardoor is het voor mensen met ernstige allergieën lastig om onbedoelde blootstelling aan pinda’s te vermijden.

Hygiënehypothese

Als je wilt doorgaan, klik op de knop onder de advertentie ⤵️

Advertentie
ADVERTISEMENT

Laisser un commentaire