Mijn adem stokte.
« Dat is niet waar, » fluisterde ik met trillende stem. « Laat me het nummer zien dat hij heeft gebeld. »
Het verkeerde nummer
Ze ging even weg en kwam terug met een versleten notitieboekje. Ik herkende opa’s handschrift meteen. Maar het nummer dat erop stond, was niet het mijne.
« Dat is niet mijn nummer, » zei ik zachtjes.
Haar wenkbrauwen fronsten.
« We kregen te horen dat je het had veranderd toen je naar de universiteit ging. Dat we je niet meer lastig moesten vallen. Dat je je voor ons schaamde. »
« Nee! » riep ik, terwijl ik me vastklampte aan de reling van de veranda. « Ik kwam vorig jaar terug tijdens de voorjaarsvakantie. Ik kwam even langs dit huis. Vanessa was hier. Ze vertelde me dat er niemand meer woonde. »
Oma’s gezicht verdween van kleur.
« Maar we waren hier. We zijn hier altijd geweest. »
Een web van leugens
« Ik ben voorgelogen, » zei ik, terwijl de hitte in mijn borstkas opsteeg. « Ze vertelden me dat jullie beiden naar een verzorgingshuis waren verhuisd en dat bezoek niet was toegestaan vanwege de quarantaine. »
Haar lippen gingen open, eerst zonder geluid.
« Ons werd verteld dat je ons niet meer wilde zien… dat je een nieuw leven was begonnen… dat wij daar geen deel van uitmaakten. »