Hij raapte de gevallen spullen op. Zijn gezicht was bleek van woede en ongeloof.
Robert sprak hem vriendelijk aan. « Zoon, je hebt een geweldige moeder. Je mag trots zijn. »
Daniel keek op en zijn ogen fonkelden. « Dat heb ik altijd al gedaan, meneer. »
Amelia begon zachtjes te snikken, maar Daniel keek haar niet aan. Zijn blik was gericht op zijn moeder – de vrouw die eindeloos had gewerkt zodat hij daar in dat pak kon staan.
De muziek stopte. De fotografen lieten hun camera’s zakken.
Robert draaide zich om naar de menigte en sprak kalm: « Als rijkdom je wreed maakt, dan wil ik er niets mee te maken hebben. Amelia, vanaf nu ben je afgesneden van mijn gezelschap en rijkdom. Ik zal geen huwelijk zegenen dat op arrogantie is gebouwd. »
Amelia kreunde en strekte haar hand naar hem uit. « Papa, alsjeblieft… »
Maar hij draaide zich om. « Leer eerst nederigheid, en kom me dan opzoeken. »
Daniel stond op, zijn gezicht kalm maar vastberaden. « Meneer Miller, ik respecteer uw beslissing. Maar zelfs als u die woorden niet had uitgesproken, kan deze bruiloft niet doorgaan. »
Amelia’s snikken werden luider. « Daniel, u kunt niet zomaar weglopen! We horen te trouwen! »
Daniel haalde de ring van zijn vinger en legde hem op tafel. « Het huwelijk draait niet om status of uiterlijk. Het draait om respect. Als je de vrouw die me alles heeft gegeven niet kunt respecteren, hoe kun je mij dan respecteren? »
Hij pakte de trillende hand van zijn moeder. De menigte week uiteen terwijl ze naar de uitgang liepen – de moeder in een versleten jurk, de zoon in een maatpak, verenigd door iets sterkers dan schaamte: liefde.
Robert volgde hen naar de deur en bleef even staan om zachtjes tegen Linda te zeggen: « Ik heb een schuld bij je die ik nooit zal kunnen inlossen. Maar laat me je alsjeblieft nu helpen. »
Linda glimlachte flauwtjes. « Dat hebt u al gedaan, meneer. Mijn zoon zien vechten voor wat goed is – dat is de enige beloning die ik ooit nodig zal hebben. »
Buiten streek de avondlucht langs hun gezichten. Voor het eerst in jaren voelde Linda zich licht – een unieke last, nu elke nacht werk eindelijk voorbij was.
Daniel kneep in haar hand. « Laten we naar huis gaan, mam. »
Toen ze het glimmende hotel verlieten, verbijsterde gasten en gebroken trots achterlatend, realiseerde Linda zich iets waars:
Ze was misschien arm, maar ze had een zoon grootgebracht met een rijk hart.