Meer dan honderd jaar na de tragische ondergang van de Titanic blijft één vraag onbeantwoord die de collectieve verbeelding prikkelt: waarom zijn de overblijfselen van de vele slachtoffers onzichtbaar in het wrak? Vroege verkenningen brachten talloze voorwerpen aan het licht, maar weinig menselijke sporen. Een verbijsterend mysterie – het antwoord hierop ligt mogelijk veel dieper in de oceaan dan we denken.
Een ontdekking die de wereld deed schudden
Op 1 september 1985, na tientallen jaren zoeken, werd het wrak van de Titanic eindelijk gevonden op een diepte van meer dan 3600 meter in de Noord-Atlantische Oceaan, zo’n 644 kilometer uit de kust van Newfoundland. De beroemde ontdekkingsreiziger Robert Ballard en zijn team ontdekten het gigantische schip, in tweeën gebroken en stil rustend op de zeebodem.
Dit historische moment veroverde onmiddellijk de hele wereld. Ballard, onder de indruk van de plechtigheid van de plek, verklaarde: « We hebben gezworen nooit iets van dit schip mee te nemen en het met het grootste respect te behandelen. » Desondanks werden er tijdens de expedities honderden voorwerpen aangetroffen: serviesgoed, meubels, persoonlijke bezittingen … maar vrijwel geen lichamen.
Waar zijn de lichamen van de passagiers gebleven?
Dit is een van de grootste vragen waar onderzoekers en alle betrokkenen bij deze tragedie mee te maken hebben. Meer dan 1500 mensen kwamen om het leven toen het schip in de nacht van 14 op 15 april 1912 zonk. Hoewel er kort daarna 337 lichamen werden geborgen, waarvan sommige in zee begraven, werden er bij de ontdekking van het wrak nauwelijks menselijke sporen aangetroffen.
James Cameron zelf, regisseur van de film Titanic en ervaren ontdekkingsreiziger, zei na meer dan dertig duiken op de vindplaats: « We zagen kleding, schoenen… maar nooit menselijke resten. » Hoe is deze verdwijning te verklaren?
Natuurkrachten aan het werk in de afgrond
De sleutel tot deze puzzel ligt in de extreme omstandigheden op meer dan 3600 meter diepte. Daar schommelt het water rond het vriespunt en is de druk enorm . Deze factoren creëren een omgeving waarin het zeeleven, hoewel aangepast, een cruciale rol speelt bij de ontbinding.
Organisch weefsel wordt snel afgebroken door micro-organismen en zeeleven. Maar nog verrassender: zelfs botten worden niet aangetast. Zoals Robert Ballard uitlegt, bevat diepzeewater weinig calciumcarbonaat , een belangrijk bestanddeel van bot. Het resultaat? Botten lossen langzaam op na contact.