Ze glimlachte flauwtjes: « Het enige wat ik wil, is dat je in vrede leeft. Dat is genoeg. »
Maanden later vestigde ik me in een andere stad en begon ik helemaal opnieuw, met niets. Het leven bleef zwaar, maar ik was tenminste vrij – niet langer gevangen onder zijn blik.
Sommige nachten komen de herinneringen nog steeds terug en laten ze me trillen. Maar dankbaarheid komt ook naar boven: voor de moed van de meid, voor de hulp van de neef, voor mijn eigen beslissing om weg te lopen.
En ik besefte een wrede waarheid: voor sommige bruiden is een huwelijksnacht de dageraad van geluk. Voor anderen is het het begin van een strijd om te overleven.
Ik was een van de weinige gelukkigen die nog leefde en mijn verhaal kon navertellen.