Op het eerste gezicht lijkt de vergelijking 110 − 10 × 10 + 10 kinderachtig. Maar simpele fouten in de volgorde van de bewerkingen kunnen tot onjuiste resultaten leiden. Dus hoe weet je zeker wat je antwoord is? Laten we in deze puzzel duiken en samen de betekenis van PEMDAS en BODMAS ontdekken!
Waarom de volgorde van bewerkingen belangrijk is
Stel je voor dat je een gerecht klaarmaakt: je mengt niet alle ingrediënten zonder een specifieke volgorde aan te houden. Hetzelfde geldt voor wiskunde! PEMDAS of BODMAS leiden je door het recept:
P: Haakjes (B voor vierkante haken)
E: Exponenten (of rijen, zoals machten)
M en D: Vermenigvuldigen en delen (opgelost van links naar rechts)
A en S: Optellen en aftrekken (ook van links naar rechts).
Zonder deze methode zal er chaos heersen en zullen de resultaten net zo onvoorspelbaar zijn als een cake zonder bakken.
Laten we dit stap voor stap oplossen: laten we de puzzel ontcijferen.
De op te lossen vergelijking is: 110 − 10 × 10 + 10. Laten we de PEMDAS/BODMAS-methode stap voor stap toepassen.
De bewerkingen volgen
In deze vergelijking hebben we aftrekken, vermenigvuldigen en optellen. Volgens PEMDAS/BODMAS heeft vermenigvuldigen voorrang.
Laten we de vermenigvuldiging uitvoeren.
Laten we 10 × 10 oplossen, wat 100 oplevert. De vergelijking ziet er dan als volgt uit:
110 − 100 + 10.
Laten we verdergaan met aftrekken en optellen.
Van links naar rechts: