Scheid de eidooiers van de eiwitten. Bereid het fruit: schil bijvoorbeeld de appels, verwijder het klokhuis, snijd ze in achtsten en snijd ze in dunne plakjes of sorteer de bessen.
Meng de eidooiers met de suiker, vanillesuiker, bloem, melk en zout tot een soepel deeg. Klop de eiwitten stijf. Voeg eerst het fruit toe aan het beslag en spatel er vervolgens voorzichtig het opgeklopte eiwit door.
Smelt het vet in een pan en bak dikke pannenkoeken op laag tot middelhoog vuur goudbruin. Leg de pannenkoeken op een bord en bestrooi met suiker.
Voor ongeveer 12 pannenkoeken.
Tip: Bak de pannenkoeken niet te lang. Ze smaken het lekkerst als ze nog lekker zacht zijn van binnen.
vervolg op de volgende pagina
