Die avond gingen Sophie en ik hand in hand op stap.
Ik droeg geen pantser of wapen, maar het was de zwaarste strijd die ik ooit had gestreden. En de belangrijkste die ik ooit had gewonnen.
De maanden die volgden waren niet makkelijk. Nachtmerries achtervolgden haar. Ze deinsde terug bij het horen van haar stem. Maar beetje bij beetje, met geduld en liefde, genazen we samen. De eerste keer dat ze weer lachte – écht lachte – wist ik dat alles goed zou komen.
Als ik haar nu in de tuin vuurvliegjes zie achtervolgen, denk ik soms terug aan die avond in de garage. Woede borrelt nog steeds in haar op, maar liefde drijft me vooruit.
Ik heb voor mijn land gevochten. Maar mijn grootste strijd was voor de toekomst van mijn dochter. En deze keer heb ik gewonnen.