Vroeger geloofde ik dat Collins ‘de ware’ was. Hij was aardig, attent en lette op de kleine dingen – zoals wanneer mijn kat ziek was of welke thee ik lekker vond.
Na een jaar samen te zijn geweest, vroeg hij me ten huwelijk en verhuisde ik naar het huis dat hij deelde met zijn moeder, Jenna. Toen veranderde alles. Lief zijn veranderde in klusjeslijsten en op de een of andere manier werd ik de onbetaalde huishoudster.
Collins stopte met helpen en Jenna begon me als een ingehuurde hulp te behandelen. Ik bleef hopen dat het tijdelijk was. Dat was het niet – het werd mijn realiteit.
Toen liep ik een blessure op: een gescheurde kruisband. De dokter schreef zes weken rust voor.
Collins beloofde dat hij voor me zou zorgen. Op de eerste dag droegen hij en Jenna me naar boven, klopten de kussens op, gaven me een glas water… en deden toen de slaapkamerdeur van buitenaf op slot.