Het enige geval waarin de wet voorziet om een kind van zijn of haar erfrechten te ontdoen, is onwaardigheid om te erven. Dit is een uitzondering en geldt alleen voor ernstige gevallen, zoals geregeld in artikel 726 van het Burgerlijk Wetboek. Bijvoorbeeld:
Als hij is veroordeeld voor het in gevaar brengen van uw leven,
als hij u heeft aangevallen of mishandeld,
als hij ernstige valse beschuldigingen tegen u heeft geuit.
En zelfs in deze extreme gevallen is uitsluiting niet automatisch: u moet naar de rechter stappen, overtuigend bewijs leveren en een rechterlijke uitspraak verkrijgen.
Je kunt niet onterven… maar je kunt wel reorganiseren.
Hoewel de wet volledige uitsluiting verbiedt, biedt ze wel bepaalde juridische mogelijkheden om de verdeling van iemands vermogen aan te passen. Hier zijn drie factoren om rekening mee te houden:
Spelen met het beschikbare deel.
Dit is een stukje speelruimte dat de wet je geeft. Dit deel kun je nalaten aan wie je maar wilt: een ander kind, een goede vriend, een vereniging of zelfs een zorgzame buur. Dit stelt je in staat om bepaalde banden te onderhouden… zonder de regels te overtreden.