3. Eieren van slakken of andere weekdieren
Sommige landslakken leggen groepjes kleine eitjes in vochtige grond.
Grootte: Groter dan insecteneieren, maar veel kleiner dan die van vogels.
Uiterlijk: Ronde, doorschijnende eieren, vaak in groepjes.
Leefgebied: Vochtige omgevingen na regen zijn ideaal voor het leggen van eieren.
4. Eieren van grote insectensoorten (bijvoorbeeld cicaden en sprinkhanen)
Sommige insecten leggen relatief grote eieren, maar meestal niet groot genoeg om ze te verwarren met de eieren van kleine vogels.
Grootte: Meestal kleiner dan uw beschrijving, maar mogelijk.
Uiterlijk: In clusters of individueel gelegd.
Leefgebied: Vegetatie, grond of hout.
