Toen de deurbel ging
Net toen de serveerster de dampende kom voor hem neerzette, ging de bel boven de deur. Een ouder echtpaar stapte binnen – doorweekt, rillend, hun vingers in elkaar gestrengeld. De jas van de man was gescheurd; de schoenen van de vrouw maakten natte, piepende geluiden. Ze zagen er versleten uit… en hongerig.
“Alleen soep over”
« Sorry, mensen, » zei de serveerster zachtjes, terwijl ze naar de keuken gluurde. « De lunchspecial is op. Alleen de soep is nog over. »
Munten tellen
De oude man knikte en probeerde te glimlachen. « Dan delen we één kom, » zei hij, terwijl hij in zijn zak greep – maar zijn hand trilde. Hij telde zijn munten twee keer en sloeg toen zijn ogen neer. Ze hadden niet genoeg.
Een stille keuze
Ethan zweefde even. Zijn lepel zweefde boven de kom. De soep rook heerlijk – maar vriendelijkheid ook.
“Geef ze alsjeblieft mijn eten”
Hij stond op, liep naar de toonbank en zei zachtjes: « Mevrouw, kunt u dat stel mijn maaltijd geven, alstublieft? »
« Weet je het zeker? »
De serveerster knipperde met haar ogen. « Schatje, weet je het zeker? Je hebt nog niet eens een hap genomen. »