Voor velen is de enkelband een klein esthetisch detail, een vleugje vrouwelijkheid dat doet denken aan de zomer, warm zand en blotevoetenwandelingen op het strand. Maar wat als we je zouden vertellen dat achter dit eenvoudige sieraad een duizend jaar oud verhaal schuilgaat, doordrenkt met mystiek, spiritualiteit en zelfs… bescherming tegen kwade vloeken? Weinig mensen zijn zich hiervan bewust, en toch heeft dit discrete sieraad de tand des tijds en continenten doorstaan en veel meer onthuld over de persoon die het draagt.
Van Egypte tot Indiase tempels: het juweel dat verhalen vertelt
Laten we even teruggaan in de tijd. Stel je de oevers van de Nijl voor, ten tijde van de farao’s. In die tijd was de enkelband niet zomaar een stijlvol accessoire. Een statussymbool, het weerspiegelde rijkdom en adel. Vrouwen uit de hogere klassen versierden hun enkels met fijn bewerkt goud, terwijl vrouwen met lagere inkomens genoegen namen met leren of koperen exemplaren. Maar naast hun uiterlijk dienden deze armbanden ook als amuletten, waarvan men geloofde dat ze bescherming boden tegen boze geesten. Een beetje zoals de geluksbrengers die onze grootmoeders onder hun kussen legden om nachtmerries af te weren.
In India is de payal – het traditionele zilveren enkelbandje – zelfs vandaag de dag nog een integraal onderdeel van de bruidskleding. Het is veel meer dan een eenvoudig sieraad; het is een sociaal symbool, dat met trots door getrouwde vrouwen wordt gedragen. En dat subtiele gerinkel van de belletjes? Het symboliseert vreugde en brengt voorspoed in huis. Een geluid dat in de Indiase cultuur net zo lieflijk en vertrouwd klinkt als een kerkklok in een Frans dorp.