Ik wist altijd al dat mijn familie een manier zou vinden om van mijn bruiloft een machtsstrijd te maken. Toch was ik niet voorbereid op hoe ver ze zouden gaan. Toen mijn ouders erop stonden dat mijn zus Rachel vóór mij door het gangpad zou lopen – in een witte jurk – dacht ik dat ik het mis had.
« Mam, dat meen je niet, » zei ik, terwijl ik probeerde mijn stem kalm te houden aan de telefoon.
« Ze is je zus, » antwoordde mama met een scherpe, vastberaden stem. « Het zou zoveel voor haar betekenen. Jullie zullen er allebei prachtig uitzien, als een tweeling. Zie het als een symbool: twee dochters die op weg zijn naar een nieuw begin. »
Ik was de jongere zus, maar Rachel was altijd de favoriet. Zij was de ‘succesvolle’ – een bedrijfsjurist met een designergarderobe en een appartement met uitzicht op het centrum van Chicago. Ik was simpelweg de ‘creatieve’, docent kunst aan een openbare school in Portland. Dus toen mijn moeder ‘iconisch’ zei, wist ik dat ze Rachel bedoelde, die ook aandacht verdiende.
Papa voegde eraan toe: « Wij betalen de bruiloft, Emma. Daar valt niet over te discussiëren. »
Dat was het moment waarop er iets in me veranderde. Ik besefte dat de enige manier om mijn eigen bruiloft door te komen, was door te glimlachen, te knikken en stilletjes de controle te nemen, op mijn eigen manier.
Dus ik stemde toe. « Natuurlijk, pap. Wat je maar wilt. »
Rachel was dolblij. Een week later stuurde ze foto’s van haar jurk – een extravagante, ivoorkleurige jurk die gemakkelijk voor een bruidsjurk had kunnen worden aangezien. Mijn moeder was er lyrisch over en noemde hem « engelachtig ». Mijn verloofde, Daniel, fronste alleen zijn wenkbrauwen toen hij de foto’s zag.