Een opgeblazen gevoel of een opgeblazen gevoel in de buik: Je buik zet uit, waardoor je een opgeblazen gevoel en winderigheid krijgt. Je merkt misschien dat sommige kleding strakker zit rond je taille en heupen.
Constipatie en andere veranderingen in de stoelgang.
Bekkenpijn: Je ervaart ongemak of pijn in je bekkengebied, en soms ook in je buik. Als de pijn aanhoudt, negeer deze dan niet en maskeer deze niet met pijnstillers. Je pijn probeert je meestal een belangrijke boodschap te sturen.
Pijn in de onderrug, vooral als deze uitstraalt naar het bekkengebied.
Dringende of frequente aandrang om te plassen: Je voelt een dringende aandrang om te plassen en hebt moeite om op tijd naar het toilet te gaan en/of moet vaak naar het toilet. Dit komt vaak voor bij veel vrouwen en kan een teken zijn dat je bekkenbodem niet sterk genoeg is of dat je een urineweginfectie hebt. Houd hier echter rekening mee, want het kan een teken zijn van iets ernstigers.
Verlies van eetlust of een snel vol gevoel na het eten: Je merkt ook onverklaarbaar gewichtsverlies op. Vrouwen zijn meestal blij als ze een paar kilo afvallen, maar dit is niet altijd een goed teken.
Pijn tijdens het vrijen
Vermoeidheid: Je extreem moe en futloos voelen kan een symptoom zijn van een onderliggende gezondheidstoestand.
Dit betekent niet dat je al deze symptomen hebt. Soms is één symptoom al voldoende om aan te geven dat er iets mis is. Als de symptomen twee weken of langer aanhouden, kan dit een teken zijn dat het tijd is om een arts te raadplegen voor onderzoek.
Risicofactoren
Vrouwen die nog nooit bevallen zijn, hebben een hoger risico op eierstokkanker, evenals vrouwen die vroeg zijn begonnen met menstrueren (vóór hun 12e) en/of laat in de menopauze komen (na hun 50e). Er lijkt een verband te bestaan tussen het aantal menstruaties en het risico op kanker. Vrouwen die bijvoorbeeld meer kinderen hebben, hebben minder kans op deze ziekte.
Bepaalde medicijnen: Hormoontherapie na de menopauze of het gebruik van vruchtbaarheidsbehandelingen (langdurig en in hoge doses) kan het risico op eierstokkanker verhogen. Sommige onderzoeken tonen echter aan dat anticonceptiepillen dit risico verlagen.
Andere risicofactoren: roken, obesitas, gebruik van een spiraaltje (IUD) en polycysteus-ovariumsyndroom.
Het probleem is dat er geen betrouwbare screeningsmethode voor eierstokkanker bestaat. Daarom is het cruciaal om een arts te raadplegen als u zich zorgen maakt. Uw arts moet rekening houden met uw zorgen. Bekkenonderzoek, echografie en bloedonderzoek kunnen worden gebruikt om eierstokkanker op te sporen.
Wetenschappers werken nog steeds aan betere screeningsmethoden die vroege opsporing van eierstokkanker mogelijk maken. Neem tot die tijd de tijd om uw lichaam te leren kennen, zorg ervoor, luister ernaar en probeer aan te voelen wanneer er iets mis is. Dit zal waarschijnlijk een van uw meest waardevolle middelen zijn om de ziekte in een vroeg stadium te bestrijden.
Bronnen:
Eierstokkanker.org
MedycynaNet
Mayo-kliniek
Kanker Schmancer
Rak.org